Na elke terreuraanslag door islamitische terroristen, zoals in Parijs, Manchester en Londen, klinkt het voorspelbare refrein van opinieleiders en politici, dat deze “laffe” terreuraanslagen niets met de islam te maken hebben, dat de motieven van de terroristen “onbegrijpelijk” zijn, de islam “vrede” is en dergelijke . Toch blijken terroristen doorgaans hetzij praktiserende islamieten, hetzij “zondaars” die met hun terreurdaad hun zonden weg willen poetsen. Hoe verstandig is deze realiteitsontkenning?
Islam, zowel een godsdienst als een politiek systeem
Anders dan de meeste godsdiensten of politieke ideologieën, is de soennitische en sji’ietische islam een ideologie die zowel een politiek als religieus karakter heeft. Scheiding van kerk en staat is in de islam niet mogelijk. Islam is zowel kerk (moskee) als staat (kalifaat). Dit verklaart ook, waarom in alle islamitische landen de overheid zich uitgebreid bemoeit met de islam, bijvoorbeeld door imams aan te wijzen of de wekelijkse vrijdagse preken te laten schrijven door het ministerie van Godsdienst. Dat doen overheden als de Marokkaanse en de Egyptische niet voor hun lol. Ze moeten wel. Houden ze de islamitische infrastructuur, zoals moskeeën en waqf’s (religieuze stichtingen), in hun land niet grondig onder controle, dan dreigt een machtsovername door de Moslimbroeders of salafisten.
In westerse landen zoals Nederland en België is er een duidelijke scheiding van kerk en staat. De Nederlandse en Belgische overheden mogen zich niet bemoeien met godsdienst. Dat betekent, dat veel islamieten zich ontheemd voelen en dat de overheden van de landen van herkomst, zoals Turkije en Marokko, in het gat springen door filialen van hun moskeenetwerk in Europese landen met veel emigranten te openen.
Waarom plegen de aanslagplegers hun aanslag?
Tijdens hun aanslagen roepen de aanslagplegers kreten als “Allahu akhbar” (Arabisch voor: Allah is groter [dan de ongelovige vijanden]). De aanslagplegers willen hun terreurdaden duidelijk presenteren als islamitische daden. Gezien hun achtergrond – geradicaliseerden, bekeerlingen en Syriëgangers, ook vaak niet-soennitisch islamitisch levende “zondaars” die tot “inkeer” zijn gekomen (zoals Mohamed Lahouaiej-Bouhlel, de aanslagpleger in Nice), is de meest aannemelijke hypothese dat ze daadwerkelijk geloven dat ze islamitisch gezien het juiste doen.
Op dit moment worden de meeste islam-geïnspireerde terreuraanslagen gepleegd door aanhangers van twee soennitische, salafistische groepen: Al Qaeda en Islamitische Staat. Beide groepen leggen de nadruk op de vermeende onderdrukking van de islamieten door niet-islamieten. Dit is volgens de sharia een geldige reden om agressie, zoals terreuraanslagen, te plegen jegens niet-islamieten en “afvalllige” islamieten. In opdracht van de uitvinder van de islam, Mohammed, werden volgens de hadith (vertelsels) door zijn aanhangers enkele moorden gepleegd op anti-islamitische hekeldichters, zoals Ka’b ibn al-Ashraf en Abu Afak. Terreurplegers laten zich vaak inspireren door deze vertelsels.
Islamitische Staat presenteert zich als kalifaat. Aangezien volgens het soennisme elke islamiet de religieuze plicht heeft om een kalief te volgen, beschouwen ze elk islamiet die zich niet aansluit bij IS als afvallige. Ook geeft het bestaan van een kalief de mogelijkheid om de oorlog te verklaren aan andere landen, die door ongelovigen of afvalligen worden geregeerd.
Conclusie
Anders dan politici en opiniemakers beweren, is er dus wel degelijk een onlosmakelijk verband tussen islam en door islamitische extremisten gepleegde geweld. Wel moet niet de fout worden gemaakt, elke islamiet als terrorist te zien. Zo zijn er de koranische moslims, die alleen in de koran geloven en de hadith verwerpen. Hun theologie verwerpt geweld anders dan directe zelfverdediging. Ook zijn er islamieten die ondanks hun soennitische achtergrond, persoonlijk terrorisme verwerpen. Zeker weten doe je het bij deze laatste groep alleen nooit.
Het bericht Ontkennen theologische oorzaak van islamitische terreur is zinloos verscheen eerst op Visionair.